Zorgzame vaders genoeg bij Japanse reuzenwaterwants

Bij de Japanse reuzenwaterwants verzorgen vaders de eitjes

Mannen van de Japanse reuzenwaterwants nemen de zorg voor eitjes op zich – ook voor eitjes die door andere mannen zijn bevrucht. Publicaties van Shin-ya Ohba en Tomoya Suzuki beschrijven deze uitzonderlijke vaderlijke zorg.

Bij de Japanse reuzenwaterwants zorgen mannen voor eitjes totdat die uitkomen, en zij kunnen goed in de behoefte aan zorg voorzien, schrijven Shin-ya Ohba en collega’s. Dat is bijzonder, want zorg voor nakomelingen is zeldzaam onder insecten en zorg die uitsluitend door de vader wordt geleverd al helemaal.

Nog gekker is dat een derde deel van de eitjes die een man verzorgt niet door hemzelf, maar door andere mannen is bevrucht, zoals Tomoya Suzuki en collega’s tot hun verbazing constateerden.

De Japanse reuzenwaterwants, Appasus japonicus, leeft in zoet water in Japan en Korea. Binnen de familie van reuzenwaterwantsen (de Belostomatidae) is het maar een kleintje. Hij wordt maximaal 2 centimeter lang, terwijl er ook soorten zijn die wel 12 centimeter meten. Vaderlijke zorg komt in deze familie bij veel soorten voor.

Inzet

Een man Japanse reuzenwaterwants begint aan zijn zorgtaak door een vrouw uit te nodigen om met hem te paren. Hij prijst zich aan met een op-en-neergaande beweging. Na paring plakt zij bevruchte eitjes op zijn rug, beginnend in het midden. Als zij klaar is, zoekt hij een volgende vrouw om nog eens te paren. Die voegt haar eitjes toe. Na gemiddeld vier paringen is zijn rug vol. Een man kan 100 à 150 eitjes kwijt, een vrouw legt er hooguit enkele tientallen.

De eitjes vereisen een zorgvuldige behandeling: de man moet ze enerzijds nathouden en anderzijds aan de lucht blootstellen om ze van voldoende zuurstof te voorzien. Hij krijgt dat voor elkaar door aan het wateroppervlak te blijven en de eitjes met een trage pompbeweging nu eens net boven water, dan weer net onder water te houden. Het duurt een week tot een maand voordat ze uitkomen, afhankelijk van de temperatuur. In die periode kan de vader vanwege zijn last moeilijk zwemmen en foerageren. Hij loopt bovendien meer risico om slachtoffer te worden van een roofvijand. De zorg vraagt dus een flinke inzet van hem.

Omdat een man wekenlang zoet is met de eitjes, zou je verwachten dat het aantal beschikbare mannen beperkt is en vrouwen moeten vechten om een rug waar ze eitjes kwijt kunnen. Maar dat blijkt niet zo te zijn: mannen kunnen de eiproductie van vrouwen goed bijbenen en er zijn voldoende onbezette plaatsen.

Sperma-opslag

Een man laat een vrouw alleen eitjes plakken als hij met haar gepaard heeft, zodat hij vader kan zijn van de jongen. Toch is gemiddeld een op de drie eitjes ‘onecht’: bevrucht door een andere man. Dat hadden de onderzoekers niet verwacht toen ze veertig diertjes – twintig mannen en twintig vrouwen – vrijelijk lieten paren in een bak en later nagingen wat de relaties tussen uitgekomen jongen en volwassen dieren waren door middel van dna-analyses.

De verklaring is dat vrouwen sperma opslaan en sperma van een eerdere partner kunnen gebruiken in plaats van dat van de man waarop ze nu haar eitjes legt. En zo zorgt vrijwel elke man voor nakomelingen die niet allemaal van hemzelf zijn.

Maar alleen gedrag dat uitmondt in een groot aantal eigen nakomelingen kan toch blijven bestaan? Is vaderlijke zorg voor jongen evolutionair gezien logisch als het vaderschap zo onzeker is?

Ja: in het geval van de Japanse reuzenwaterwants is het verklaarbaar dat een man voor andermans nageslacht zorgt. Allereerst zal het grootste deel van de eitjes die hij draagt wel door hemzelf bevrucht zijn. Als hij ze niet verzorgt, gaan ze verloren. Vreemde eitjes profiteren automatisch mee, maar dat is dan maar zo.

Drager is populair

Daarbij komt dat vrouwen een voorkeur hebben voor een man die al eitjes draagt boven een man met lege rug, bleek uit eerder onderzoek. Dus eitjes op zijn rug – of die nu door hemzelf of door een ander bevrucht zijn – vergroten zijn kansen. En misschien dat een vrouw die met hem paart later ook nog eitjes met zijn sperma bevrucht en op een andere man plakt. Hij draagt misschien wat eitjes van een andere vader, maar een andere man verzorgt dan nakomelingen van hem.

De voorkeur van vrouwen voor mannen die al eitjes dragen, is begrijpelijk. Want een man verzamelt zijn dracht binnen een dag, zodat alle eitjes even oud zijn en tegelijk zullen uitkomen. Als hij op een dag maar weinig eitjes heeft verzameld, loont het niet de moeite die te verzorgen. Hij verwijdert ze, en ze gaan dood. Door een man te kiezen die al eitjes draagt, vermindert een vrouw dat risico voor haar eitjes.

Doordat ‘onechte’ eitjes nauwelijks een extra last zijn en de aantrekkelijkheid van een man vergroten, blijft de zorg voor andermans jongen in stand. Daarmee is een man uiteindelijk beter af.

Willy van Strien

Foto: Appasus japonicus, man met wat eitjes en vrouw. © Shin-ya Ohba

Zie ook: de grote tinamoe, een vogel met een vergelijkbaar verhaal. Mannen zorgen voor de jongen en brengen zonder probleem ook andermans kinderen groot.

Bronnen:
Ohba, S., R. Hayashida & T. Suzuki, 2025. Female-female competition in two giant water bug species. Ecological Entomology 19 mei online. Doi: 10.1111/een.13454
Suzuki, T., S. Ohba & K. Tojo, 2025. Reproductive strategies in paternal care and remarkably low paternity level in a giant water bug. Ecology and Evolution 15: e71316. Doi: 10.1002/ece3.71316
Ohba, S., N. Okuda & S. Kudo, 2016. Sexual selection of male parental care in giant water bugs. Royal Society Open Science 3: 150720. Doi: 10.1098/rsos.150720