Bij dobsonvliegen wisselden mannetjes van strategie
Met een paar indrukwekkende kaken houdt het mannetje van de dobsonvlieg Corydalus cornutus rivalen uit de buurt van beschikbare vrouwtjes. Zo heeft hij het rijk alleen. Andere soorten dobsonvliegen zijn niet zo strijdvaardig. Maar zij zijn gul en geven vrouwtjes een cadeau bij de paring. Xingyue Liu en collega’s beschrijven deze variatie in strategie.
Er zijn ongeveer zestig soorten dobsonvliegen en de mannetjes hebben verschillende manieren om veel nageslacht te kunnen krijgen. Bij sommige soorten, zoals Corydalus cornutus uit Canada en de Verenigde Staten, zijn ze uitgerust met idioot lange onderkaken. Ze kunnen daar niet mee bijten, maar wel andere mannetjes schrik aanjagen. Strijdbaar proberen ze zich vrouwtjes toe te eigenen om straks het vaderschap te hebben over hun nakomelingen.
Mannetjes van andere soorten, zoals de Indiase soort Nevromus austroindicus, hebben geen vervaarlijk uiterlijk, maar ze doen iets dat interessant is. Zij geven een vrouwtje een cadeau bij de paring. Aan het spermapakketje (de ‘spermatofoor’) dat ze bij haar geslachtsopening plakken zit namelijk een groot voedzaam deel. Zij eet dat op en dankzij die voedingsstoffen kan ze veel eitjes tot ontwikkeling brengen die door het zaad van het goedgeefse mannetje worden bevrucht.
Energie
Wapens en paringsgift: het zijn twee goede wegen tot omvangrijk nageslacht. Maar het is het een of het ander, laten Xingyue Liu en collega’s zien. De strategieën kosten zoveel energie dat geen enkele soort dobsonvlieg ze allebei kan toepassen.
Het is bijzonder dat soorten binnen één groep zo’n verschillende strategie hebben. De onderzoekers gingen na hoe die strategieën zich tijdens de evolutie ontwikkeld hebben door ze in te tekenen op de stamboom van de dobsonvliegen.
Deze insecten hebben geen Nederlandse naam, dus heb ik de Engelse term – dobsonflies – vertaald. Maar die naam is eigenlijk fout: de dieren horen namelijk niet bij de vliegen, maar bij een andere insectengroep, de grootvleugeligen. Ze zijn groot (tot 7 centimeter lang; vleugels met een spanwijdte tot 15 centimeter) en komen voor in Afrika, Azië en Amerika.
Paringsgift
De gezamenlijke voorouder van al deze soorten had geen bijzondere seksuele strategie, is de conclusie van het onderzoek: mannetjes hadden oorspronkelijk geen wapens en gaven geen cadeaus. Maar al vrij vroeg in de evolutionaire geschiedenis verscheen een soort met mannetjes die een paringsgift samenstelden en daar veel energie in staken. Die werd de voorouder van bijna alle soorten dobsonvliegen en stond dus aan het begin van een grote tak aan de stamboom.
Woest uiterlijk
Wat later splitsten daar drie nieuwe takken vanaf. Op een zo’n tak zijn de mannetjes de vrouwtjes waarmee ze paren met voedingsstoffen blijven ondersteunen. Maar aan de basis van de andere twee takken is die paringsgift verloren gegaan. De mannetjes zijn overgeschakeld op een andere strategie: in onderlinge concurrentie proberen ze om vrouwtjes te veroveren. Daarbij komen wapens goed van pas, en op deze beide takken zijn dan ook, onafhankelijk van elkaar, soorten ontstaan met mannetjes die er vervaarlijk uitzien. De meeste mannetjes hebben lange onderkaken; bij enkele soorten hebben mannetjes merkwaardige platen aan beide zijden van de kop, achter de ogen.
Misschien zijn kaken en platen niet alleen imponerend, maar hebben ze ook nog een tweede functie. Het is goed denkbaar dat vrouwtjes vallen voor mannetjes met een woest uiterlijk. Want van hen krijgen ze zonen die ook indrukwekkend zijn – en aantrekkelijk.
Willy van Strien
Foto’s:
Groot: Corydalus cornutus, met enorme onderkaken. Dehaan (Wikimedia Commons)
Klein: Nevromus austroindicus, met normale kaken. L. Shyamal (Wikimedia Commons)
Bronnen:
Liu, X., Hayashi, F., L.C. Lavine & D. Yang, 2015. Is diversification in male reproductive traits driven by evolutionary trade-offs between weapons and nuptial gifts? Proc. R. Soc. B 282: 20150247, 29 april online. Doi: 10.1098/rspb.2015.0247
Hayashi, F., 1998. Multiple mating and lifetime reproductive output in female dobsonflies that receive nuptial gifts. Ecological Research 13: 283-289. Doi: 10.1046/j.1440-1703.1998.00272.x