Vampierinktvis leeft van afval

Ondanks zijn angstaanjagende naam en uiterlijk, is de ‘vampierinktvis uit de hel’ een watje. Hij leeft van afval van andere dieren, laten Henk-Jan Hoving en Bruce Robison zien.

Zijn naam is onheilspellend: vampierinktvis. De wetenschappelijke naam klinkt nog een slagje griezeliger: Vampyroteuthis infernalis, vampierinktvis uit de hel. En angstaanjagend oogt dit beest zeker, hoewel het maar maximaal 30 centimeter lang wordt. Hij heeft een donkerrode kleur, ijskoude blauwe ogen, twee lobbige vinnen en acht armen waartussen een vlies is gespannen met zuignappen en stekels aan de binnenkant. Een mooi type voor een horrorfilm.

Maar hij is volkomen ongevaarlijk. Hij eet waarschijnlijk alleen maar afval. Hij is een onschuldig buitenbeentje binnen de inktvissen, die verder allemaal op levende prooien jagen.
Die mogelijkheid hebben vampierinktvissen niet.

Allegaartje

Zij leven op een diepte van 600 à 900 meter in extreem zuurstofarm water. Daar zit weinig leven in: geen roofvijanden en geen concurrenten, maar ook geen prooien. Het was een raadsel hoe de dieren zich in leven houden.

Henk-Jan Hoving en Bruce Robison onderzochten de inhoud van bek, krop en maag van een paar exemplaren die met een onbemande duikrobot of een trawler waren gevangen. Ze troffen daarin een allegaartje van dierlijke restanten aan: eencellige organismen, planktondiertjes en vooral veel losse onderdelen zoals oogjes, antennen, pootjes, vervellingshuidjes en visschubben.

Ze bekeken ook videobeelden die vanuit duikrobots waren gemaakt en ze bestudeerden het gedrag van een aantal levend gevangen dieren in het lab.

Kleefdraden

Een vampierinktvis blijkt een rustig dier. Hij heeft twee lange draden die opgerold in een zakje tussen zijn armen kunnen liggen. Maar meestal houdt hij één van die draden uitgestrekt; zo’n draad is dan acht keer zo lang als hijzelf. Op die draad blijven alle rommeltjes plakken die langs komen. En zit er iets op vast, dan strijkt de inktvis de draad langs het vlies tussen zijn armen om de vangst eraf te schrapen. Het spul wordt in slijm verpakt en de stekels, die zacht en vlezig zijn, manoeuvreren het slijmballetje naar de mond.
Microscopisch onderzoek liet zien dat er veel zintuigcellen in de kleefdraden zitten die signaleren wanneer er iets op vast zit. Op de zuignappen zitten cellen die slijm produceren.

Conclusie: het ‘hellebeest’ eet afval van dieren die hoger in het water leven. Hij vist met zijn kleefdraden alles op wat er maar naar beneden komt dwarrelen en werkt het naar binnen.

Oplichten

De vampierinktvis doet dus waarschijnlijk geen enkel beestje kwaad en een bloedzuiger is het zeker niet.

Hij is wel afschrikwekkend – maar dan voor zijn vijanden. Als er soms een roofdier, zoals een haai, verschijnt, klapt hij zijn vlies om en vouwt het als een mantel om zich heen, de stekels naar buiten. De uiteinden van zijn armen lichten dan op, en hij kan een wolk lichtgevende slijmdeeltjes uitstoten.

Willy van Strien

Foto: Monterey Bay Aquarium Research Institute (2010 © MBARI)

Filmpje ‘What the vampire squid really eats’ van Henk-Jan Hoving op YouTube:

Bron:
Hoving, H.J.T. & B.H. Robison, 2012. Vampire squid: detritivores in the oxygen minimum zone. Proc. R. Soc. B, 26 september online. Doi: 10.1098/rspb.2012.1357