Mannenduo van langstaartmanakins brengt een strak duet ten gehore

Een vrouwtje van de langstaartmanakin blijft koud onder de zang van een enkel mannetje. Ze heeft alleen interesse in een duet van twee heren. Dat duet moet vaak en goed klinken, blijkt uit onderzoeken van Dugan Maynard en Jill Trainer en collega’s. Als het duo vervolgens ook nog een mooie dans uitvoert, zal de oudste van de twee met haar paren. De ander moet nog wat jaartjes geduld hebben.

Er zijn veel soorten vogels waar alleen de vrouwtjes voor de jongen zorgen. Dan zijn de mannetjes druk in de weer om vrouwtjes te verleiden, hoe meer hoe liever. Omgekeerd kunnen de vrouwtjes vrijelijk kiezen met welk mannetje ze paren. Ze gaan voor de beste, want zijn kwaliteit zal erfelijk zijn en gezonde, sterke nakomelingen opleveren. Sommige mannetjes zijn zeer succesvol, andere komen niet of nauwelijks aan de bak.
Zo is het ook bij de langstaartmanakin.

Maar deze zangvogel uit Midden Amerika is uniek omdat er een mannenduo nodig is om vrouwtjes te verleiden.

Een man alleen hoeft het niet te proberen.

Vrouwtjes lokken

De mannetjes opereren in teams van drie à vijftien individuen, waarvan de hoogste twee, de alfaman en de bètaman, het verleidingswerk doen. De andere teamleden, vaak jongere mannetjes, doen niet serieus mee, maar oefenen soms als er geen vrouwtjes in de buurt zijn.
Het topduo begint vrouwtjes te lokken met een duet waarin beide partners steeds tegelijk een drietonig ‘toledo’ laten horen. Komt daar een belangstellende vrouw op af, dan voeren de twee mannen een dans uit. Als het vrouwtje ook dat mooi vindt, zal het alfamannetje, de oudste en meest dominante van de twee, met haar paren.

Om te achterhalen aan welke eisen de toledo-duetten moeten voldoen, maakten Dugan Maynard en collega’s geluidsopnamen van tientallen mannenduo’s en analyseerden die. Met video-opnamen volgden ze hoe vaak er een vrouwtje op de duo’s af kwam.

Synchroon en zuiver

Hoe meer toledo’s mannen laten horen, hoe meer vrouwtjes ze mogen verwachten, zo bleek. Een van de koppels presteerde het om er in één uur maar liefst 883 te laten horen, dus bijna 15 per minuut.
Daarbij is het belangrijk dat ze goed gelijk zingen. Een toledo duurt 0,6 seconden, het tweede mannetje valt na 0,1 seconde in. Hoe beter de twee samen opgaan, hoe vaker ze damesbezoek krijgen. Grofweg dan: een goede synchronisatie is geen garantie voor succes. Jill Trainer onderzocht een andere populatie, en daar bleken de vrouwtjes er gespitst op te zijn dat de twee partners in een duo op dezelfde toonhoogte zingen, zodat de zang niet vals klinkt.

Wat zoekt een vrouw bij een mannenkoppel dat veel en goed gecoördineerd zingt, dat wil zeggen mooi synchroon en zuiver? Alleen mannen in goede conditie kunnen veel toledo’s per uur produceren. En een goede coördinatie is een teken dat de twee al lang samenwerken, liet Trainer zien. Dan moeten ze oud zijn, en oude mannetjes hebben bewezen dat ze overlevers zijn, dus sterk.
Een alfaman is zelfs stokoud. Waar vrouwtjes gaan broeden in hun tweede levensjaar, moeten mannetjes jaren wachten voor ze seks hebben, als dat er al ooit van komt. Zij krijgen pas een volwassen verenkleed als ze vier jaar zijn. Jonge mannen sluiten zich nu eens bij het ene, dan weer bij het andere team aan en langzamerhand krijgen ze een steeds vastere plek. Als ze geluk hebben, worden ze daar bètaman; dan zijn ze meestal acht jaar oud. Dan kunnen ze een paar jaar later promoveren tot alfaman. Van alle jonge mannen zal slechts 8 procent het uiteindelijk tot alfaman schoppen – en jongen kunnen verwekken.

Kortom, vrouwtjes die afgaan op een strak duet, kiezen voor een energieke en sterke man, een man van hoge kwaliteit.

Wachttijd

De bètaman ploetert even hard als de alfaman om vrouwtjes te lokken en te verleiden. Maar terwijl de alfaman meteen profiteert van het succes – hij mag paren -, heeft de bètaman het nakijken. Als hij verwant was aan de alfaman zou hij nog een beetje mee profiteren, dan zou het succes in de familie blijven. Maar alfa en bèta zijn geen familie van elkaar, zo hebben de onderzoekers achterhaald. Waarom slooft de bètaman zich dan zo uit?

Voor hem is er winst op de lange termijn. Terwijl hij met alfa samenwerkt, leert hij om de timing en toonhoogte van zijn zang af te stemmen op die van zijn partner, zodat het duet synchroon en zuiver wordt. Hoe beter dat gaat, hoe populairder het duo is. Als de bèta later alfa wordt omdat de huidige alfa wegvalt, erft hij de plek en een van de ondergeschikte mannen wordt de nieuwe bèta. Vrouwtjes die van het vorige duo gecharmeerd waren, komen terug naar die plaats en dankzij de bedrevenheid van de oude bèta/nieuwe alfa kan ook het nieuwe duo daar succesvol worden.
Dan betaalt die lange wachttijd zich eindelijk uit.

En af en toe heeft een bèta het geluk om een keer voortijdig te kunnen paren, als alfa even niet oplet. Maar zo’n buitenkansje is heel erg zeldzaam.

Willy van Strien

Foto: Steve Garvie (Wikimedia Commons, Creative Commons CC BY-SA 2.0)

Zo klinkt een geslaagd toledo-duet

Bekijk een dansend mannenduo

Bronnen:
Maynard, D.F., K-A.A. Ward, S.M. Doucet & D.J. Mennill, 2014. Telemetric and video assessment of female response to male vocal performance in a lek-mating manakin. Behavioral Ecology, 9 september online. Doi: 10.1093/beheco/aru137
Trainer, J.M., D.B. McDonald & W.A. Learn, 2002. The development of coordinated singing in cooperatively displaying long-tailed manakins. Behavioral Ecology 13: 65-69. Doi: 10.1093/beheco/13.1.65
Trainer, J.M. & D.B. McDonald, 1995. Singing performance, frequency matching and courtship success of long-tailed manakins (Chiroxiphia linearis). Behav Ecol Sociobiol 37: 249-254. Doi: 10.1007/BF00177404